Na een week met somber weer en donkere dagen is het vanmorgen mooi helder. Het is wel fris. De temperatuur is net boven de nul graden, maar bij de grond heeft het wat gevroren. Ik vertrek op de fiets net voor zonsopgang. Ondanks de kou hebben de vogels er alweer zin in. In het park van Mijnsheerenland hoor ik diverse vogels flink kwetteren en een Vlaamse gaai vliegt scheldend voor me uit. Tussen het grote bruggetje in het park en “de Vijf Schelpen” is er flink in de singel gebaggerd en is het talud aan de kant van de Binnenmaas flink schuiner gemaakt. Ik fiets door het nog stille Westmaas en ga de Munnikendijk op. Als ik daar fiets zie ik net de zon groot oranje opkomen en tijdelijk weer verdwijnen achter een wolk. Aan het einde van de Munnikendijk ga ik linksaf de Ritselaarsdijk op. Bij Manege de Ritselear is er al aardig leven in de brouwerij. Links van me zie ik de eerste kramsvogel van dit seizoen. Door het natte weer van de laatste tijd hangen er overal druppels. Ik probeer er één mooi op de foto te krijgen. Na een paar mislukkingen lukt het uiteindelijk en ik vind hem zelf zeer geslaagd. De zon is intussen net tussen twee wolken door de zien en zendt z’n stralen boven de wolken uit: een mooi gezicht. De nevels boven het land, de laagstaande Zon, die lange schaduwen werpt, het is zo een prachtige morgen. Ik fiets intussen op het appeldijkje. Ook hier zie ik weer verschillende kramvogels. Ook wat roodborstjes en veel mezen. Ik fiets het zelfde stukje weer terug en als ik weer over de Ritselaarsdijk fiets vliegen er twee grote bonte spechten over me heen. Hun rode onderstaart valt erg op. De schapen aan de zuidkant van de dijk staan nu in de zon en de damp komt van hun vachten af.