Dit weekend voor het eerst warme lucht uit het zuiden, waardoor het voor het eerst dit jaar boven de 20 graden wordt.
Om ongeveer half acht op de fiets gestapt. Ik wil bij Kuipersveer langs de Oude Maas gaan kijken. Ik fiets via de Blaaksedijk en Langeweg richting Puttershoek. De japanse kersen staan overal in volle bloei. In de bermen bloeit het fluitekruid en vooral het gele koolzaad. Soms staat het door elkaar en soms hele stukken alleen maar geel koolzaad of wit fluitekruid.
Als ik in de bebouwde kom fiets hoor ik heel veel vogelgezang, buiten de bebouwde kom is dit veel minder. Ik wil het klokkengeluid van de Hervormde kerk van Puttershoek opnemen, maar ben eigenlijk net iets te laat. Ik arriveer daar als de klok al slaat en sta niet helemaal op de goede plaats. Ik fiets door naar de molen van Puttershoek, De Lelie, want die moet ook nog op de foto. Deze krijg ik er mooi op. Ik zie dat hier het pad begint van de Argusvlinder. Dat ga ik een andere keer bekijken. Ik ga nu richting Kuiperveer. Net voorbij de verzamelplaats van de Hoekse Renners gaat er aan de rechterkant een pad  de dijk op. Dit ga ik op en kom uit bij een hek met een poort. Aan het begin staat een bord: ik ben aangekomen bij het natuurgebied bij Kuipersveer. Ik lees op het bord van WNF dat hier Schotse Hooglanders rondlopen.
Dit is een stuk grond dat vanaf de weg helemaal niet te zien is en daarom erg verrassend. Het eerste dat opvalt is een watertje  dat vol staat met dode takken en bomen en er zwemmen wat eenden in. Op een dode tak zitten een paar aalscholvers. Ik loop door het weiland richting de Oude Maas. Er loopt en smal paadje beneden bij het water. Ik volg dit pad, gemaakt door de Schotse Hooglanders, richting het noorden. Bij het water liggen grote basalten blokken. Er liggen tientallen plastic drinkflesjes en ander afval tussen. Op één plek onder een boom staat zelfs een oude stoel. Is deze aangespoeld of is ie er neer gezet?
Regelmatig komt er een grote boot voorbij, die voor wat golfslag zorgt. Ter hoogte van het laatste huis van Kuipersveer kan ik niet verder. Ik ga weer terug, nu bovenop de dijk. Een haas loopt me tegemoet en ziet mij niet, totdat hij een paar meter bij me vandaan is. Hij schrikt, draait zich om en gaat er als een……..haas vandoor.
Als ik weer bij het watertje kom met de dode takken erin, zie ik in de verte de Schotse Hooglanders lopen. Ik ga nog maar even wat dichter bij ze kijken. Ik loop nu naar het gebied richting de Suikerfabriek. Er staan wat oude schakelkasten en wat scheve lantaarnpalen. Omdat de wind uit het zuiden waait ruik ik steeds de geur van kruiden uit de kruidenfabriek naast de suikerfabriek. Ik moet regelmatig niezen van de prikkelende kruiden. Onderaan het water tussen wat bomen staan wat rode bessen struiken. Ik ben nu aangekomen bij de Schotse Hooglanders het zijn er vier en kijken wat verschrikt op als ze mij zien aankomen. Ik blijf even bij ze kijken en loop dan weer terug naar m’n fiets.