Dat het weer snel kan veranderen blijkt de laatste tijd maar weer. December was uitzonderlijk zacht en januari begon in een groot deel van het land ook nog zacht, maar in het weekend van 16 en 17 januari deed de winter ineens zijn intrede. En zorgde voor een weekje winterweer.
Aan het begin van die week was ik nog een dagje op het land aan het werk langs de Oude Maas en zag dat de Blankert door het natte weer van de week ervoor vol was gelopen en nu lag de Blankert er bevroren bij. Ik ben vaak in de Blankert geweest om foto’s te maken: de Blankert in de zomer helemaal groen en vol met koeien, de Blankert in de herfst helemaal volgelopen en de Blankert in de winter, maar een bevroren Blankert had ik nog niet op de foto staan. Dat wordt vanmorgen 19 januari hoogtijd. Het zware werk is achter de rug, dus even tijd voor wat ontspanning. Dat een bepaalde klus geklaard is kan ik ook aan de sterren aflezen. De ster Antares uit het sterrenbeeld Schorpioen laat zich in de loop van januari weer aan de ochtendhemel zien. Als ik vroeg naar het land vertrek om de rabarberpollen van het land naar de kas te rijden en het bij het eerste vrachtje nog donker is en helder, is het ieder jaar weer leuk om te kijken wanneer ik voor het eerst Antares weer in de ochtendschemering kan ontdekken. Gisteren, 18 januari, lukte het moeiteloos. Deze morgen wil ik van deze sterrenhemel een mooie foto maken. De planeten Venus en Saturnus staan ook in de buurt van het sterrenbeeld Schorpioen.
Ruim voor zonsopgang vertrek ik richting de Blankert. Ik wil eerst nog even bij de Schotse Hooglanders op Kuipersveer kijken. Ik rij langs het gekapte bosje aan de Molenweg. Een stapeltje stammen is het laatste dat nog herinnert aan het bosje. Het is wel even wennen, dat dit bosje weg is.
Via de Reeweg kom ik uit bij Kuipersveer. De Schotse Hooglanders staan ongeveer ter hoogte van de Reeweg. Ik loop even naar ze toe. Ze steken mooi af tegen de wat roze lucht. Op het eind van Kuipersveer parkeer ik de auto en word net na het uitstappen verrast door een fel rode zon boven de horizon. Het is toch al iets later dan dat ik dacht. Vanaf dit punt loop ik richting de terp op de Blankert. Heel dit pad loopt langs nieuwe natuur, dat eind 2014 begin 2015 is aangelegd. Het eerste stuk loopt langs een nu constant ondergelopen stuk land. Het water is bevroren, maar niet mooi glad en ik hoor ook steeds een krakend geluid uit het ijs komen. Aan de kant zijn de eerste meters opgebouwd uit langwerpige ijskristallen en met de beplanting ertussen is dat een mooi gezicht; doet echt winters aan. De laag staande zon strooit z’n eerste stralen over het ijs en het riet en de wilgen op de achtergrond lijken te veranderen in goud. Ik kom bij de eerste brug en daar zie ik waarom het ijs zo kraakt: het wordt vloed en er stroomt water het gebied in. Dit gaat niet gelijkmatig, maar het lijkt wel of dat in golven gaat. Als er zo’n golf aankomt, komt het ijs omhoog, het breekt af en dat zorgt voor al dat gekraak. Een eindje voorbij de brug ploetert een familie Canadese ganzen door het ijs. Via de tweede brug kom ik bij de terp en heb uitzicht op de bevroren Blankert. Dit ijs ligt er wel super mooi bij. Het zou een hele mooie schaatsbaan zijn als het ijs wat dikker zou zijn. In de bijzondere wilg, die hier staat, zie ik iets dat ik niet eerder gezien heb: bovenin is een stuk van de schors weg en daar zijn nu allemaal lege honingraten te zien. Dat moet ik eens goed in de gaten houden komend seizoen.
Ik loop het eerste stuk hetzelfde pad weer terug en zie onderweg nog 2 huisjesslakken ingepakt door ijskristallen. Halverwege neem ik het pad de griend in. De zon schijnt mooi door de vele wilgen die hier staan. Tussen het pad en het water hoor ik plots wat geritsel en zie een ree door het gewas heen springen. Twee grote sprongen en ik zie hem niet meer. Een grote boot passeert me en steekt mooi af tegen de geknotte wilgen op de voorgrond.