Het is een hele mooie nazomerse zaterdag. ’s Morgens lag er een lichte nevel over de Binnenmaas met daarin een hele rij vissersbootjes. Dat zag er heel mooi uit. ’s Middags met Bianca, via de Oudendijk, naar Strijen Sas gereden. Onderweg zien we de boeren nog overal druk bezig met dorsen van het graan of het maken van pakken stro. Na de Oudendijk komen we op de Kruisdijk en dan op de Buitendijk. Op deze dijk gaan we halverwege niet naar Strijen Sas, maar een scherpe bocht naar rechts. Op het einde van dit stukje Buitendijk begint onze wandeling. We worden verrast door het bordje “paalkamperen”. We weten niet goed wat we ons daarbij moeten voorstellen. Een hoge paal met daarop een tent lijkt ons wat ongemakkelijk kamperen. Vlak voordat we bij het pontje zijn zien we wat er wordt bedoeld met paalkamperen. Op een stukje grasveld staat een paal met een waterpomp eraan. Hier, bij de paal, mag je 72 uur kamperen. Een heel leuk idee. Als we net op het trekpontje staan zien we een ijsvogel over het water scheren en landt een eindje verder op een tak, die over het water hangt. Een mooi begin van deze wandeling. We komen aan de overkant en stappen voor ons gevoel het paradijs binnen. Het is hier op deze zonnige middag zo ontzettend mooi. We gaan het pad op dat naar rechts gaat. Naar links is kwetsbaar gebied en daar mogen we niet komen. Na een paar meter komen we een paaltje tegen met de mededeling dat dit een “laarzenpad” is. Wij denken nog dat we die, deze droge middag, niet nodig hebben. We zien gelijk al een grote libelle voor ons uit vliegen. Hij gaat tegen een boomstam zitten en dan kunnen we hem goed bekijken. Overal langs het pad bloeit het balsemien. De zaden zijn nog niet rijp en springen dus nog niet alle kanten op. Er staan nog veel meer planten te bloeien, zoals o.a. de kattenstaart, jacobskruid, heelblaadje, late guldenroede en de grote klis. De wilgen, die hier overal staan, zitten onder het mos. Sommige zijn omgevallen en lijken dood, maar op de omgevallen stammen zit toch weer jong groen schot. Ineens horen we boven ons een vreemd hard geluid. We kijken naar de bomen waar dat geluid vandaan kwam. We kunnen niets ontdekken, totdat er een windvlaag door de bomen gaat. We horen het geluid weer en komen tot de ontdekking dat het takken zijn die over elkaar schuren en dat krakende geluid maken. Zo af en toe hebben we uitzicht op een klein poeltje. We lopen nu evenwijdig aan het Hollans Diep en zien door de bomen heen af en toe het water en we vragen ons af of we ook nog bij het water zullen uitkomen. Hier komen we weer een paaltje “laarzenpad “tegen en nu zien we ook waarom. Er komen hele drassige, blubberige stukjes pad aan. Zonder laarzen worden dit natte voeten. We willen toch graag verder, omdat het hier veels te mooi is en we willen kijken of we nog bij het water uitkomen. Er springen hier ook overal kikkertjes over het pad. We kunnen niet ontdekken welk kikkertje het is, omdat ze weggesprongen zijn voordat je ze in de gaten hebt. Later blijft er eentje een tijdje rustig op dezelfde plaats zitten en kan ik en kunnen we hem goed bekijken. We lopen nog een stuk door en moeten regelmatig een drassig stukje pad oversteken. We hebben het idee dat we toch steeds dichter bij het water uitkomen. Het klopt. We komen bij een open plek en het pad splits zich. Naar rechts lopen we naar het water en hebben we mooi uitzicht op het Hollands Diep en aan de overkant op Shell Moerdijk. Er staat een bankje waar we even pauzeren en beginnen dan aan de wandeling terug. Uit een oude boomstronk zien we een aantal kikkers komen. De laatste blijft rustig zitten en gaat op de foto. Deze kikkers zijn weer anderen dan die we eerder op deze wandeling zagen. Op het einde van het pad zien we nog een mooi vlindertje in het gras zitten. Als ie af en toe opvliegt zien we dat ie fel oranje is. We zijn tijdens de wandeling wel diverse keren gebeten door insecten en hebben nog een aantal dagen flink jeuk aan onze benen.
De mooie libelle die we zagen was de Blauwe glazenmaker . Deze info komt van de mooie site Libellennet De kikkers, die steeds over het pad sprongen en maar niet stil wilden zitten, waren meerkikkers De kikkers, die uit de boomstronk kwamen, waren bruine kikkers De vlinder, die in het gras zat, heet hooibeestje. Deze info ook weer van zo’n mooie site gehaald: vlindernet